Home Cases Breda en duurzaamheid: goed voorbeeld doet volgen? Breda en duurzaamheid: goed voorbeeld doet volgen? Gemeente investeert EUR 18,6 mln Breda wil in 2044 een CO2-neutrale stad zijn. Met het verduurzamen van 69 gemeentelijke gebouwen geeft de gemeente Breda zelf het goede voorbeeld. Hoe pakken ze dat aan? “Roep externe hulp in én verzin het niet allemaal zelf”, zo adviseert verantwoordelijk wethouder Paul de Beer (D66). “De opgave die wij ons stellen is zo groot, dat het beter in elkaar moet zitten dan alleen idealisme.” Reductie CO2-uitstoot De keuze van het gemeentebestuur om duurzaamheid tot speerpunt te maken, is een uitvloeisel van het Energieakkoord uit 2013, waaronder ook gemeenten hun handtekening hebben gezet. “We hebben iets beloofd en dan moet je het ook doen”, vindt wethouder Paul de Beer van Financiën, Duurzaamheid en Sport. “De ambitie is om onze doelen elf jaar eerder te halen dan in het energieakkoord is voorzien: 2019 in plaats van 2030.” De doelstelling van Breda is om zowel veertig procent op energie te besparen, als een reductie van veertig procent CO2-uitstoot te realiseren. Opvallende gebouwen die in deze ambitie worden meegenomen, zijn het NAC-stadion (foto), het Stadskantoor, de brandweerkazerne, het Stedelijk Museum Breda en het bezoekerscentrum van de kinderboerderij. Politieke steun De gemeenteraad van Breda heeft de plannen unaniem gesteund. De Beer: “We hebben de systematiek goed toegelicht. Onze aanpak is voor negentig procent rendabel en concurreert niet met andere investeringen in onze gemeente. Voor de raad is dat goed te volgen. We investeren 18,6 miljoen euro, waarvan 1,5 miljoen onrendabel is. Naast de beschikbare onderhoudsbudgetten, leggen we die dus bij.” Voordeel bij de besluitvorming was dat De Beer de portefeuilles financiën, duurzaamheid en vastgoed beheert. “Dat maakt het eenvoudiger, want je hebt dan alles in één hand.” Breda is de eerste gemeente die haar vastgoedportefeuille in één keer oppakt. “We zijn erin geslaagd een model neer te leggen dat als voorbeeld kan dienen voor andere gemeenten”, geeft De Beer aan. Wij zijn bereid om ons model te delen. Zoals in de G32: het overleg van middelgrote gemeenten. En een aantal gemeenten is al langs geweest.” Veel pionieren Judith van Nuland is projectleider verduurzaming gemeentelijk vastgoed bij de Brabantse gemeente. Zij voert met een projectgroep en een extern adviseur van RPS de plannen uit. “We hebben in de opstartfase veel gepionierd, want er was geen pakket met een leidraad hoe we dit het best konden pakken. Een projectgroep is gestart met een inventarisatie van het gemeentelijk vastgoed dat voor verduurzaming in aanmerking komt. De uitkomst was een lijst met 75 gebouwen, waarvan de ijsbaan en de zwembaden nog worden onderzocht. De maatregelen voor de 69 andere panden hebben wij goed in beeld.” “Om goed in kaart te krijgen wat de besparingen konden zijn, wilden we een zogeheten Energieprestatieadvies (EPA, zie kader). Dat hebben we niet zelf in huis, daarom hebben we ervoor gekozen die kennis in te huren. Dat was een keuze waar we achteraf heel blij mee zijn. Het gaf de kwaliteit die we nodig hebben. Op het hoogtepunt liepen er adviseurs van acht bureaus rond. Nu hebben we wel de energieprestatienorm van onze gebouwen vast kunnen stellen.” RPS is van het begin af aan bij het project betrokken. Het advies- en ingenieursbureau heeft inmiddels alle rapportages met de maatregelen per gebouw onder zich om de laatste fase uit te voeren en te monitoren. Vastgoedadviseur Arjan van Zaanen van RPS noemt de aanpak van Breda opvallend. “Bij de gemeente bleef het niet bij praten, maar ze kwam ook daadwerkelijk in actie.” De deskundigen keken bij de planning van de uitvoeringswerkzaamheden ook naar de bestaande meerjarige onderhoudsplannen. “Daarin zitten natuurlijke onderhoudsmomenten en dat maakt dat je zoveel mogelijk tegelijkertijd kunt doen”, geeft Van Zaanen aan. “Als je bijvoorbeeld in 2019 de kozijnen moet vervangen en in 2021 het dak, dan kan je dat beter in één keer aanpakken.” Slimme meters Bij de gebouwen worden allereerst de muren en de daken geïsoleerd, daarna de kozijnen in combinatie met dubbel glas. “Natuurlijk gaan we ook slimmer energie gebruiken”, vertelt Van Nuland. “De resterende energie die nodig is, wekken we zo veel mogelijk duurzaam op, bijvoorbeeld met zonnepanelen.” De zonnepanelen zijn inmiddels ook al aangebracht op het gebouw van Brede School Noorderlicht. Het monitoren van de duurzaamheidseffecten bestaat uit het meten van het energiegebruik en de technische monitoring en beheer van de installaties. Met name de resultaten van het energieverbruik geven inzichten in de effectiviteit van de maatregelen. Nieuwe inzichten kunnen leiden tot nog grotere besparingen. Daarom worden slimme meters geïnstalleerd om het verbruik continu te monitoren en te vergelijken. Spannend In Breda is de aanpak van de verduurzaming van de gebouwen eind 2016 gestart. “Een spannend traject”, zegt Van Nuland. “We zijn gestart met de kleine dingen, zoals de verlichting in sporthallen en gymzalen. De voorbereidingen voor de grotere maatregelen loopt nu en de werkzaamheden zijn al in volle gang.” Een project dat vrijwel af is afgerond, is de aanpak van het Stedelijk Museum Breda dat afgelopen juni de deuren heeft geopend. “Dit gebouw is een monument met een nieuwbouwgedeelte”, laat Van Nuland weten. “Daar hebben we de verbouwing kunnen gebruiken om de verduurzaming uit te voeren. Zo zijn er een warmtepomp, gevel- en dakisolatie, voorzetramen en een glazen gevel met dubbel glas aangebracht. Op de het dak van de nieuwbouw liggen zonnepanelen.” Bij de aanpak van de gebouwen wordt niet alleen gekeken naar de verduurzaming. “We kijken ook of er sprake is van asbestproblemen en hoe het met de brandveiligheidseisen staat”, legt Van Nuland uit. “Als dat direct wordt aangepakt, blijft de overlast voor de huurders van de panden beperkt.” De huurders en gebruikers van de gemeentelijke gebouwen hebben vrijwel allemaal positief gereageerd op de plannen. “We betrekken ze ook bij de planvorming en uitvoering”, aldus Van Nuland. “En uiteindelijk levert de besparing ook voor hen winst op.” Positief De aanpak van bijzondere gebouwen, zoals de ijsbaan en de zwembaden, ziet ze als een belangrijk leerpunt. “Bij dit soort projecten kijk je niet alleen naar het gebouw. Bij zwembaden heeft verdamping van het water bijvoorbeeld invloed op het energieverbruik. De ijsbaan heeft een open dak en dat vraagt om een speciale aanpak. Daarover hebben we nog geen besluit genomen.” Wethouder De Beer hoopt dat de gemeente andere partijen in de stad stimuleert hun vastgoed ook te verduurzamen. “Ook andere gemeenten zijn welkom. Tenslotte eindigt duurzaamheid niet bij de Bredase gemeentegrens.” Een energieprestatieadvies (EPA) is een maatwerkadvies voor de utiliteitsbouw dat inzicht geeft in bouwkundige en installatietechnische verbetermaatregelen. Het is een integraal advies dat aansluit op huisvestingsprocessen en biedt daarom goede aanknopingspunten voor een gedegen besluitvorming. Een EPA-maatwerkadvies leidt niet automatisch tot een energielabel, maar de gegevens uit het maatwerkadvies kunnen wel benut worden voor het bepalen van een energielabel. De kwaliteit van het energieadvies is geborgd via onafhankelijke certificering.